=Woensdag, 14 september 2016=
We
werden
op
onze
normale
wektijd
rond
half
zes
wakker.
Samen
naar
de
wc
en
kijken
of
we
de
sterren
herkennen.
Door
de
hoge
bomen
en
het
smalle
campingterrein
zagen
we
niet
meer
dan
de
GROTE
BEER,
de
NOORDPOOL
STER
en
CASIOPEIA.
Als
extra
zagen
we
de
PLEIADEN
.
ORION
die
we
hoopten
te
zien
zat
nog
achter
de
bomen.
We
zouden
nog
een
half
uurtje
bijslapen,
maar
dat
werd
slapen
tot
9
uur.
Broodjes
gehaald,
gedoucht
en
opgeruimd.
Ergens
onderweg
gaan
we
ontbijten.
We
zaten
aan
de
goede
kant
van
de
Rijn
om
de
rots
LORELEI
te
zien.
Het
was
er
echter
zo
druk,
het
leek
wel
VALKENBURG
in
het
hoogseizoen.
Enkele
honderden
campers
en
caravans
stonden
geparkeerd.
We
besloten
door
te
rijden.
Langs
de
grote
weg
zagen we een makkelijke parkeerplaats.
Dat
bleek
bij
het
plaatsje
OBERWESEL
te
zijn.
Vanaf
de
weg
zagen
we
grote
kerken
en
een
kasteel
op
een
hoge
rots.
Tegenover
de
parkeerplaats
lag
een
groen
park
met
aanlegsteiger
voor
lijnboten.
Een
viaduct
over
de
grote
weg
bracht
ons
veilig
in
het
park
waar
we
gaan
picknicken.
Heerlijk
in
de
schaduw
onder
een
grote
boom
met
prima
uitzicht
over
de
Rijn
en
de
aangrenzende
spoorwegen.
Lange
goederentreinen,
moderne
personentreinen,
grootse
rijnaken
kwamen
voorbij
terwijl
we
zaten
te
genieten
van
het
brood,
de
temperatuur
en
de
rust
om
ons
heen.
Die
werd
overigens
onverwacht
verstoord
door
een
straaljager
die
op
vijftig
meter
hoogte
door
het
dal kwam razen. Een oorverdovend lawaai.
Het
dorpje
trok
onze
aandacht
door
de
vele
mooie
huizen
en
kerken.
Er
werd
volop
gebruik
gemaakt
van
grijze
leistenen,
zowel
voor
de
daken
als
de
muren.
Een
bezoek
aan
de
in
rood
opgetrokken
kerk
mislukte,
omdat
alle
deuren
dicht
waren.
Uit
de
gesprekken
van
bewoners
nabij
de
kerk
maakten
we
op
dat
er
zojuist
een
concert
was
gegeven.
Via
de
deuren
hoorden
we
nog
zacht
het
orgel
spelen.
Hoog
boven
de
stad
zagen
we
een
kasteel.
Dit
keer
zouden
we
ons
niet
laten
verrassen
door
een
steile
warme
klim
naar
boven,
gevolgd
door
de
constatering
dat
we
er
ook
via
een
autoweg
konden
komen.
Volgens
de
stadsplattegrond
lag
er
vlak
bij
het
kasteel
inderdaad
een
parkeerplaats.
Het
kasteel
bleek
een
zeer
luxueus
restaurant
annex
hotel
te
zijn.
Zo
een
waarbij
de
medewerkers
in
lokale
klederdracht
de
gasten
ontvangen
en
waarbij
een
boy
de
koffers
tot
op
je
kamer
brengt.
Gelukkig
bleek
er
in
de
toren
een
vrij
toegankelijk
museum
te
zitten.
De
man
die
de
toegangskaartjes
verkocht
was
zeer
humoristisch
en
vertelde
dat
we
onze
hoofden
laag
moesten
houden
vanwege
de
kleine
middeleeuwers.
Volgens
zijn
verhaal
konden
we
op
een
van
de
verdiepingen
een
katapult
bedienen.
Wij
in
verbazing
wat
hij
hiermee
zou
bedoelen.
Het
bleek
een
computergame
te
zijn,
waarbij
je
met
echte
stenen
en
een
bedieningshendel
op
een
virtueel
kasteel
kon
mikken.
Raakte
je
het
kasteel
dan zag je de muren in elkaar storten.
Helemaal
bovenin
hadden
we
een
prachtig
uitzicht
over
de
omgeving.
Op
een
gegeven
moment
besloten
we
om
verder
te
reizen
naar
BÜHL
in
de
buurt
van
BADEN
BADEN.
De
airco
eerst
maar
voluit
gezet
want
het
was
boven
de
35
graden.
De
weg
naar
de
Autobahn
ging
weer
over
de
bekende
smalle
slingerwegen
en
de
nog
steeds
onbegrijpelijk
lege
dorpen.
Toch
eens
aan
Duitsers
vragen
wat
de
oorzaak
is
van
die
leegte.
Ook
de
binnenwegen
zijn
vrijwel
autoloos.
Dit
in
tegenstelling
tot
de
files
op
de
Autobahn.
Redelijk
op
tijd
kwamen
we
aan
op
de
camping
en
hadden
we
tijd
genoeg om ons klaar te maken voor het donker werd.