=Zaterdag, 17 februari 2018=
We
stonden
al
om
zes
uur
op,
omdat
onze
excursie
naar
TRONDHEIM
al
om
half
acht
van
start
zou
gaan.
Gelukkig
zag
Marja
nog
net
op
tijd
dat
we
naar
de
verkeerde
excursie
keken.
Deze
excursie
zou
te
voet
gaan
en
onze
excursie
per
bus.
We
konden
een
kwartier later vertrekken.
Beneden
op
de
pier
aangekomen
waren
wij
de
enige
twee
deelnemers.
Vreemd
dat
ze
daarvoor
een
bus
laten
rijden,
terwijl
vorige
week
een
excursie
niet
doorging,
omdat
er
maar
zes
deelnemers
waren.
We
liepen
met
de
excursie
leider
mee,
die
aangaf
dat
hij
bij
de
boot
zou
blijven.
Vreemd.
De
bus
stond
achter
een
gebouw
en
toen
we
instapten
zat
de
bus
al
halfvol.
Er
bleek
een
zusterschip
in
dezelfde
haven
te
liggen
en
wij
gingen
met
hen
mee.
In
TRONDHEIM
kregen
we
goede
uitleg
over
de
verschillende
woongebieden
en
belangrijke
huizen.
Het
was
zaterdagochtend
vroeg
en
de
stad
moest
nog
wakker
worden.
Wel
zagen
we
veel jonge mensen met ski’s lopen.
Opzienbarend
was
de
Nidaros
kathedraal
.
Zo’n
gebouw
verwacht
je
niet
boven
de
poolcirkel,
je
zou
hem
in
Den
Bosch,
Parijs
of
Brussel
verwachten.
Een
groot
gebouw
met
een
prachtige
voorgevel.
Een
in
het
rood
geklede jongeman was onze gids.
We
hadden
haast
om
weer
terugh
bij
de
boot
te
komen.
een
kwartier
voor
vertrek
om
tien
uur
waren
we
weer
aan
boor
en
gingen
onderweg
naar
KRISTIANSUND.
Van
hieruit
gaan
we
naar
een
marmermijn
in
EIDE
en
worden
daarna
met
de
bus
naar
onze
boot
gebracht
die
ondertussen
is
doorgevaren
naar
MOLDE.
de
rit
vanaf
KRISTIANSUND
naar
EIDE
geeft
een
mooi
beeld
van
het
straat-
en
dorpsleven
in
NOORWEGEN.
Een
deel
van
de
rit
gebeurde
in
het
donker
en
de
chauffeur
deed
de
binnenverlichting
uit,
zodat
je
het
buitenleven
kon
zien.
Op
een
gegeven
moment
sloeg
de
bus
rechtsaf
en
reed
een
zeer
smalle
bergweg
op.
De
weg
was
hooguit
drie
meter
breed,
met
de
nodige
scherpe
bochten
en
volop
sneeuw,
maar
de
bus
ging
er
in
volle
vaart
tegenop.
Hij
reedf
een
donkere
grot
in
en
na
een
paar
honderd
meter
stopten
we in een verlichte hal midden in de berg.
We
werden
opgewacht
door
een
aantal
mannen
die
daar
in
de
grot
werkten.
Zij
namen
ons
mee
naar
een
deur.
Daarachter
bleek
een
omvangrijke
compleet
ingerichte
theaterzaal
te
liggen.
Een
engels
sprekende
gids
gaf
uitleg
over
de
mijnbouw.
Men
vindt
hier
het
meest
zuivere
witte
marmer,
dat
gebruikt
wordt
in
de
papierindustrie
vlak
bij
de
mijn.
Door
concurrentie
is
deze
mijn
niet
meer
echt
exploitabel.
Om
toch
inkomsten
te
krijgen
heeft
men
het
omgebouwd
naar
een
datacentrum.
Er
is
veel
vraag
naar
dit
soort
behuizing,
want
het
ligt
diep
in
de
berg
beschermd
tegen
ongewenste
invloeden.
Na
afloop
konden
we
vragen
stellen.
Marja
en
ik
overlegden
met
elkaar
wat
we
zouden
vragen
en
tot
onze
verbazing
begon
de
Noorse
gids
plotseling
Nederlands
te
praten.
Hij
bleek
al
meer
dan
vijftien jaar in Noorwegen te wonen.
Met
een
boot
werden
we
dieper
de
mijn
in
gebracht.
De
groeve
staat
voor
een
deel
onder
water.
Na
een
half
uur
varen
kwamen
we
bij
een
grot
terecht
,
netjes
verlicht
en
voorzien
van
een
lange
tafel
met
stoelen.
We
kregen
er
soep
geserveerd,
gemaakt
met
de
lokaal
verkrijgbare ingrediënten