=Herinneringen aan Napels en Pompeï=
Twee
jaar
geleden
zijn
we
samen
met
onze
jongste
dochter
Djamila
en
haar
vriendin
Loïs
naar
NAPELS
gereden.
Onze
standplaats
was
een
camping
ten
noorden
van
NAPELS.
Vandaar
reden
we
eerst
naar
POMPEÏ
en
bezochten
er
de
restanten
van
het
stadje.
In
de
middag
namen
we
de
trein
naar
NAPELS
en
na
een
lange
wandeltocht
door
het
havengebied
namen
we
een
rode
toeristenbus
om
een
betere
indruk
van
de
stad
te
krijgen.
Als
ik
achteraf
terugkijk
hebben
we
in
een
paar
uur
tijd
enorm
veel
gezien
en
gedaan.
Zeker
na
onze
wandeltocht
door
POMPEÏ
waren
we
alle
vier
ziek
van
vermoeidheid.
Na
wat
gegeten
te
hebben
trok
het
gelukkig
weer
bij.
Onze
aankomst
in
POMPEÏ
was
er
een
van
vooroordelen.
Je
ziet
overal
mannen
staan
die
uitgebreid
zwaaiend
elke
camper
een
bepaalde
richting
willen
opsturen.
Eerst
denk
je
dat
het
politie-agenten
zijn
die
je
waarschuwen,
later
herken
je
ze
en
rijd
je
ze
gewoon
voorbij.
Na
een
poosje
besef
je
dat
je
wel
op
hun
uitnodigingen
moet
ingaan,
omdat
je
je
auto
anders
niet
kwijt
kunt.
En
dan
blijkt
het
vooroordeel.
Het
zijn
gewoon
aardige
mensen
die
heel
normale
tarieven
rekenen
voor
het
parkeren.
Voor
vijf
euro
kun
je
je
auto
een
hele
dag
laten
staan,
waarbij
je
weet
dat
er
bewaking
is.
Meestal
zijn
het
parkeerplaatsen
van
een
bestaande
camping.
Als
de
camping
niet
vol
staat
met
gasten
dan
vult
men
dat
aan
met
dagjesmensen
die
er
hun
auto
kunnen
parkeren.
Een
camper
is
in
trek
omdat
men
hoopt
dat
ze
een
nacht
blijven staan. Dan rekent men normale statarieven.
POMPEÏ
was
groter
dan
ik
verwachtte.
Ik
had
een
dorpje
verwacht
van
een
paar
huizen
groot,
maar
het
blijkt
een
stadje
met
allerlei
voorzieningen,
inclusief
een
Arena.
Als
je
door
de
straatjes
loopt
kun
je
een
goed
beeld
vormen
hoe
men
toen
geleefd
heeft.
Ik
vond
de
straten
met
de
oversteekplaatsen
voor
voetgangers
een
uitvinding.
Je
ziet
dat
elke
cultuur
het
maximale
voordeel
haalt
uit
de
kennis
en
technologie
die
men
op
dat
moment
beheerst.
Ook
in
die
tijd
kon
je
heel
luxueus
leven.
Je
had
geen
kennis
van
elektra
en
dieselbrandstof,
dus
je
mistte
het
ook
niet.
Als
je
de
Arena
ziet
dan
realiseer
je
je
hoe
dik
de
laag
as
geweest
moet
zijn
die
het
hele
dorp
heeft
bedekt.
Grappig
om
te
bedenken
dat
je
bezoek
aan
POMPEÏ
een
soort
tijdreis
is,
je
ziet
voorwerpen
die
nog
net
zo
mooi
en
indrukwekkend zijn als 2000 jaar geleden.
Hoeveel
generaties
liggen
er
wel
niet
tussen
toen
en
nu.
Er
is
zoveel
te
zien
dat
je
op
een
gegeven
moment
maar
gaat
zwerven
door
de
ruïnes,
je
bent
niet
in
staat
om
alle
details
te
bekijken
ook
al
zou
je
dat
wel
willen.
Een
groot
deel
van
de
overblijfselen
ligt
overigens
nog
onder
het
as
en
moet
in
de
loop
der
jaren
nog
onderzocht
worden.
Uiteindelijk
wilden
we
de
afgietsels
bekijken
van
de
mensen
die
in
de
hete
as
begraven
waren.
We
wisten
dat
het
ergens
op
het
terrein
moest
zijn,maar
we
konden
de
plek
niet
vinden.
Zelfs
met
een landkaart was het nog een heel gepuzzel.
De
meisjes
begonnen
al
andere
interesses
te
krijgen
en
voerden
een
samenzang
uit
op
het
voormalige
kerkhof.
Uiteindelijk
vonden
we
de
juiste
plek
en
werden
we
onwillekeurig
stil.
Je
ziet
de
afgietsels
van
de
mensen
en
je
ziet
dat
het
hun
laatste
momenten
waren,
waarbij
sommigen
elkaar
probeerden
te
beschermen.
De
afloop
was
echter
niet
meer
te
beïnvloeden.
De
afgietsels
waren
ooit
toch
levende mensen in wanhoop.
Onze
zwerftocht
door
POMPEÏ
had
waarschijnlijk
zoveel
energie
gevergd
dat
we
een
tekort
aan
brandstof
hadden.
Gelukkig
was
er
bij
de
uitgang
een
eetgelegenheid
waar
we
weer
konden
bijkomen.
Ik
ben
zelden
zo
moe geweest en blij dat ik kon eten.
Vlakbij
de
ruïnes
is
een
station,
zodat
we
besloten
om
de
trein
te
nemen
naar
NAPELS
.
Ook
hier
weer
de
nodige
vooroordelen.
Het
zal
wel
een
stad
zijn
vol
zakkenrollers
en
mafiosie.
We
kwamen
het
station
uit
en
we
wisten
eigenlijk
niet
goed
wat
er
allemaal
te
doen
was
in
deze
stad.
We
hadden
ons
niet
erg
goed
voorbereid,
omdat
we
oorspronkelijk
niet
van
plan
waren
om
deze
stad
nu
al
te
bezoeken.
We
liepen
in
de
richting
van
de
haven.
Uit
boeken
en
films
hadden
we
de
indruk
dat
daar
een
mooi
uitzicht
moest
zijn,
met
een romantisch havenkwartier.
Wat
een
tegenvaller.
Het
bleek
een
normaal
havengebied
te
zijn
met
veel
brede
straten,
afgebakende
overslagbedrijven,
kantoren
en
veel
lawaaiig
autoverkeer.
We
liepen
langs
de
"Spaanse
wijk"
en
durfden
niet
naar
binnen
te
gaan.
Het
zijn
typisch
nauwe
Italiaanse
straten
met
mensen
die
op
straat
hangen
en
erg
veel
afvalhopen.
Later
begrepen
we
dat
de
vuilafvoer
al
enkele
maanden
plat
lag
in
NAPELS.
Deze
bedrijfstak
blijkt
aardig
onder
invloed te liggen van plaatselijke mafia.
Gevolg
waren
gigantische
hopen
stinkend
afval
op
de
hoeken
van
de
straten,
met
daar
tussenin
vele
Afrikaanse
immigranten
die
tegen
de
gevels
hingen
en
allerlei
koopwaar
bij
zich
hadden.
Met
drie
blonde
vrouwen
waren
we
een
opvallende
verschijning
en
we
werden
menigmaal
nagestaard
of
aangesproken.
Ik
liep
achter
de
dames
aan,
zodat
veel
mannen
uiteindelijk
inhielden.
Het
maakte
de
Spaanse
wijk
tot
een
bedreigende
omgeving,
waarschijnlijk
meer
in
ons hoofd dan in werkelijkheid.
Na
een
vermoeiende
maar
wel
indruk
makende
wandeling
kwamen
we
bij
een
kasteel
terecht.
We
dronken
wat
bij
een
terrasje
en
bespraken
hoe
we
verder
zouden
gaan.
Verder
flaneren
door
de
stad
zou
ons
niet
veel
meer
kennis
opleveren.
Een
stad
die
door
haar
smerigheid
aantrekkelijk
was.
De
kleuren
zwart
en
grijs
overheersen
in
het
stadsbeeld.
Toevallig
zagen
we
rode
bussen
met
toeristen
door
de
stad
rijden.
We
stonden
vlak
bij
een
opstapplaats
en
besloten
om
een
rondrit
te
maken.
Het
bleek
een
operator
te
zijn
die
in
meerdere
steden
hetzelfde
concept
heeft.
De
bussen
zijn
goed
herkenbaar
en
rijden
een
vaste
route.
Met
je
kaartje
kun
je
op
elke
gewenste plek uitstappen en bij een latere bus weer instappen.
Je
krijgt
oortelefoons
die
je
in
elke
stoel
kunt
inpluggen.
Je
kunt
zelf
een
taal
kiezen
en
je
krijgt
een
volledige
uitleg
over
de
bezienswaardigheden
waar
je
langskomt.
Een
leuke
manier
van
toeren
en
je
hebt
snel
inzicht
wat
er
in
de
stad
te
doen
is.
Marja
en
ik
besloten
om
de
stad
later
nog
eens
beter
te
gaan
bezoeken.
We
wisten
nu
vrij
goed
waar
we heen moesten.
Uiteindelijk
viel
ons
tweede
bezoek
in
2007
en
we
willen
nog
een
keer
naar
deze
stad
gaan.
Ons
vooroordeel
bleek
onjuist
te
zijn.
Het
is
wel
een
stinkende
lawaaiige
stad,
maar
er
is
ontzettend
veel
te
zien
en
te
beleven.
En
wat
de
Afrikanen
betreft,
ze
proberen
ook
hun
brood
te
verdienen,
als
je
aangeeft
dat
je
geen belangstelling hebt dringen ze zich verder niet op.